Hoe de Citroën ELO knipoogt naar het verleden

Hoe de Citroën ELO knipoogt naar het verleden

Met het studiemodel ELO laat Citroën zijn visie zien op de toekomst van een familieauto. Dit is niet alleen een vervoermiddel, maar ook een plek om te relaxen. En dat alles bij compacte afmetingen, want de ELO heeft dezelfde buitenmaten als een C3 Aircross! Er zitten echter ook de nodige hints naar Citroëns verleden in. Citrovisie zet ze voor je op een rijtje.

De bestuurder is in het midden geplaatst. Jaren geleden experimenteerde Citroën daar al mee bij het ontwerp van een compacte stadsauto en bij de conceptcar Karin. In het midden heb je meer overzicht, maar de instap vereist wel wat lenigheid.

De voor- en achterbumper hebben (identieke) verwisselbare inzetstukken van een soort piepschuim, zodat eventuele schade eenvoudig te repareren is. Citroën werkte eerder al met identieke delen in de Cactus-en Oli conceptcars. De Ami heeft zelfs identieke voor- achter- en zijpanelen!

Alle functies zijn op het stuur geplaatst, zodat de bestuurder zijn handen aan het stuur kan houden. Dat was destijds ook de filosofie van het dashboard van de CX, Visa, GSA en BX.Dat stuur heeft trouwens maar één spaak. Dat type stuur debuteerde in 1955 op de DS en verdween begin jaren 90. Het is een mooi eerbetoon aan het verleden dat dit stuur nu weer terug is.

De banden en velgen werden samen met Goodyear ontwikkeld. Tja, waar is de tijd gebleven dat Citroën nog met Michelin werkte? De Pilote-banden van dat merk debuteerden in 1938 op de Citroën Traction Avant, terwijl speciaal voor de 2CV de maat 125 x 400 werd ontwikkeld.

De oranje kleur van de carrosserie contrasteert prachtig met de donkere ramen. Dat geeft een bijna grafische uitstraling, vergeleken met het donkere zijruitje vroeger in de C-stijl van de BX.

Citroëns bekende lichtsignatuur: aan de achterzijde de light wings van de C5 Aircross; aan de voorkant zijn de twee horizontale lichtstroken gecombineerd met twee blokken die dicht bij elkaar staan. Ben ik de enige die daarbij een beetje aan de TUB moet denken?

De ELO is geen redesign van een iconische Citroën uit het verleden. Wel komen er enkele verwijzingen naar de iconen van weleer in terug. Zo kan, als knipoog naar de 2CV, de achterste helft van het dak open zodat je lange spullen kunt meenemen. Ook de bestuurdersstoel, die is opgebouwd uit een eenvoudig buizenframe en de uitneembare zitjes voor een picknick in de berm, zijn hints naar de eend.

De ELO zit vol met praktische, goed doordachte oplossingen. Dat is typisch Citroën: denk aan de TUB en de 2CV, of meer recent: de Berlingo en Ami.

Typische autodesign-elementen, zoals een oplopende raamlijn of welvingen in de portieren, zijn geheel afwezig. Het design is anders dan wat we gewend zijn van auto-ontwerpen en iedereen heeft er een mening over. Of je het nu mooi of lelijk vindt, het is wel gewaagd. Dat polariserende design zagen we in het verleden ook vaak bij Citroëns.